De wachtkamer

Een arts werd met spoed opgeroepen voor een levensreddende operatie. Hij kleedde zich snel om en haastte zich naar de operatiekamer. Op de gang kwam hij de vader van de patiënt tegen, een jongen in levensgevaar. De vader was overstuur en riep boos: "Waarom duurde het zo lang voordat u hier was? Weet u niet dat mijn zoon aan het vechten is voor zijn leven? Wat is er gebeurd met uw verantwoordelijkheid?" De arts
glimlachte vriendelijk en zei: "Het spijt me. Ik was niet in het ziekenhuis en ben zo snel mogelijk gekomen. Laat me nu mijn werk doen." De vader beet hem toe: "Zou u ook zo kalm blijven als het om uw eigen zoon ging?" De arts antwoordde opnieuw vriendelijk: "Wij zullen ons best doen, met Gods hulp. Bidt u voor uw zoon." De vader bromde kwaad: "Dat is makkelijk gezegd als het niet om uw eigen kind gaat." Na enkele uren kwam de arts naar buiten. "God zij dank, uw zoon is gered," zei hij opgelucht. Zonder op antwoord te wachten, draaide hij zich om en zei: "Als u nog vragen heeft, kunt u terecht bij de verpleegkundige." Daarna liep hij meteen weer weg. De vader, nog steeds geïrriteerd, zei tegen de verpleegkundige: "Waarom was hij zo onverschillig? Hij kon niet eens even blijven om met mij te praten." De verpleegkundige, met tranen in haar ogen, zei zacht: “De zoon van de arts is een paar dagen geleden plotseling overleden bij een tragisch auto-ongeluk. Vandaag vond de uitvaart plaats. De arts was daar, in stilte rouwend, toen wij hem dringend belden voor de operatie van uw zoon. Hij heeft alles laten vallen om hier te zijn en het leven van uw kind te redden. Nu keert hij terug om afscheid te nemen van zijn eigen kind.”

Nadenkertje
Niet iedereen die zwijgt, is ongeïnteresseerd. Niet iedereen die wegloopt, draait zich af. Soms schuilt achter stilte verdriet, en achter haast liefde. Kijk verder dan wat je ziet – met mededogen.